Geadviseerd wordt om aan het eind van elke duik dieper dan 10 meter (33 ft) een Veiligheidsstop van drie (3) minuten te maken. Wanneer een veiligheidsstop nodig is, wordt in het schakelvenster het minimale plafond (3 meter) getoond.
De tijd van de veiligheidsstop wordt bijgehouden wanneer jij je op een diepte tussen 2,4 en 6 meter (7,9 en 20 ft) bevindt.
Dit wordt links van de diepte van de stop aangegeven met pijltjes omhoog en omlaag. De tijd van de veiligheidsstop wordt getoond in minuten en seconden. De gewenste veiligheidsstoptijd kan worden ingesteld in het Algoritme-menu onder Duikopties.
Er zijn twee soorten veiligheidsstop: vrijwillig en verplicht. De veiligheidsstop is verplicht als je de aangegeven maximale opstijgsnelheid tijdens de duik overschrijdt. Als de stop verplicht is, verschijnen er zodra je ondieper dan 2,4 meter komt, rode pijlen in het scherm. Is de stop vrijwillig, dan zie je alleen gele pijlen.
Als je weer dieper gaat dan 6 meter (20 ft), stopt de timer van de veiligheidsstop. Het aftellen wordt hervat zodra je weer binnen het venster van de veiligheidsstop bent. Zodra de timer op nul staat, zit de stop erop en kun je opstijgen naar de oppervlakte.
Als je de veiligheidsstop negeert, heeft dat geen gevolgen. Maar Suunto adviseert wel om aan het einde van elke dag een veiligheidsstop te houden om het risico op decompressieziekte zo veel mogelijk te beperken.
Als je de veiligheidsstopinstelling op uit zet, zijn er geen veiligheidsstopindicaties wanneer je bij het veiligheidsstopvenster aankomt.
Wanneer je de geen-decompressielimiet overschrijdt, toont de Suunto Ocean de decompressie-informatie die je nodig hebt voor de opstijging. De opstijginformatie omvat altijd twee waarden:
STIJG NOOIT OP TOT BOVEN HET PLAFOND! Je mag tijdens decompressie nooit opstijgen tot boven het plafond. Om te vermijden dat dit per ongeluk toch gebeurt, kun je het beste iets ruimer onder het plafond blijven.
Zodra de No deco-tijd 0 min is, verschijnt in het display de Decotijd. Het plafond wordt getoond in het schakelvenster en de boog kleurt oranje en geeft dezelfde decotijd weer. Ook wordt er een alarm geactiveerd. Dit alarm bevestig je door op een knop te drukken.
Decotijd is de aanbevolen opstijgtijd naar de oppervlakte in minuten (TTS).
DE WERKELIJKE OPSTIJGTIJD KAN LANGER ZIJN DAN DE TIJD DIE DOOR DE DUIKCOMPUTER WORDT AANGEGEVEN! De opstijgtijd neemt toe als je: (1) langer op diepte blijft, (2) langzamer dan 10 m/min (33 ft/min) opstijgt, (3) een decompressiestop maakt onder het plafond en/of (4) vergeet een gaswissel door te voeren. Deze factoren zijn ook van invloed op de hoeveelheid lucht die je nodig hebt om de oppervlakte te bereiken.
Wanneer je tijdens een duik met meerdere gassen de melding voor een gaswissel negeert, is de Tijd naar oppervlakte niet langer correct en moet je langere decompressiestops maken dan aanvankelijk gepland.
Het plafond is de diepte van de eerste decompressiestop.
Je kunt de diepte van de laatste stop instellen op 3,0 meter of 6,0 meter (standaard 3,0 meter) in de Algoritme-instellingen. Zie Diepte laatste stop.
Tijdens een decompressieduik kan er sprake zijn van verschillende types stop:
Er geldt een decompressievenster van 3 meter (9,8 ft) tussen de decompressievloer en het decompressieplafond. Hoe dichter je bij het plafond blijft, des te optimaler de decompressietijd is.
Wanneer je opstijgt naar de diepte van het plafond en in het decompressievenster komt, zie je links van de diepte twee pijlen.
Duik je met een Stappen-decoprofiel, dan begint de timer met aftellen zodra je in het decompressievenster komt en blijft het plafond een bepaalde tijd gelijk om vervolgens te wijzigen in een diepte die 3 meter (9.8 ft) minder diep is.
In het decompressievenster (Stappen-profiel):
In de Continue opstijgmodus wordt het plafond, wanneer je in de buurt bent, continu minder diep bijgesteld zodat de decompressie ononderbroken doorgaat en de opstijgtijd optimaal is.
In het decompressievenster (Continue-profiel):
Stijg je op tot boven de diepte van het plafond, dan geldt er nog steeds een veilige marge die gelijk is aan de diepte van het plafond minus 0,6 meter (2 ft). Binnen de veilige marge wordt de decompressie nog steeds berekend, maar krijg je wel het advies om naar onder de diepte van het plafond af te dalen. Dit wordt naast de diepte aangegeven met een gele pijl die omlaag wijst.
Dit wordt weergegeven in het geval van het Stappen-decompressieprofiel:
Dit wordt weergegeven in het geval van het Continue-decompressieprofiel:
Stijg je verder op en passeer je de veilige marge, dan wordt de berekening van de decompressie onderbroken totdat je weer onder het plafond bent. Met een hoorbaar alarm en een rode pijl omlaag links van de diepte van het plafond word je gewaarschuwd voor de onveilige decompressie. Als je het alarm negeert en drie minuten ondieper dan de veilige marge blijft, gaat de duikcomputer ervan uit dat je de stop hebt overgeslagen, en krijg je een melding dat je het algoritme hebt geschonden.
Suunto Oceanwordt niet vergrendeld nadat je het alarm vanwege schending van het algoritme hebt bevestigd. Suunto Ocean geeft nog altijd het oorspronkelijke decompressieplan weer, zelfs nu de decompressiestop is genegeerd. In het venster verschijnt een rode waarschuwing. Deze blijft in het duikvenster staan tot de verplichte decompressiestops zijn gewist of na 48 uur.
Afwijking van het algoritme kan in de volgende situaties voorkomen:
Lege batterij
Softwarecrash
Overschrijding van de maximale dieptelimiet van het apparaat (60 meter).
In al deze gevallen wordt het pictogram dat afwijking van het algoritme aangeeft, in het duikvenster weergegeven, maar werkt het algoritme normaal. Als afwijking van het algoritme zich voordoet tijdens de duik, wordt dit aangegeven in het logboek en in de Suunto app.
Maak uitsluitend decompressieduiken als je hiervoor bent opgeleid.
Na een duik toont de Suunto Ocean de oppervlaktetijd sinds de voorgaande duik en wordt de aanbevolen tijd van het vliegverbod afgeteld in de tijdweergave en de statistieken van de duik. Je ziet een roodgekleurd pictogram van een vliegtuig en een rode boog rond de wijzerplaat zolang het vliegverbod geldt. De boog geeft aan hoe lang het duurt voordat het vliegverbod afloopt.
In het volgende scherm zie je dat er 5 uur en 5 minuten zijn verstreken sinds de laatste duik en dat het vliegverbod eindigt om 2.30 uur:
In het volgende scherm geldt er niet langer een vliegverbod.
De tijd van het vliegverbod is de aanbevolen minimale oppervlaktetijd die je na een duik moet wachten voordat je gaat vliegen. Dit is altijd minimaal 12 uur. Bij een langere desaturatietijd geldt het vliegverbod evenredig langer dan 12 uur. Is de desaturatietijd minder dan 75 minuten, dan wordt er geen vliegverbod getoond.
Bij een afwijking in het algoritme tijdens de duik geldt altijd een vliegverbod van 48 uur.
GA NIET VLIEGEN ZOLANG DE DUIKCOMPUTER EEN VLIEGVERBOD AANGEEFT. ZET VOORDAT JE GAAT VLIEGEN, ALTIJD DE DUIKCOMPUTER AAN EN CONTROLEER DE RESTERENDE DUUR VAN HET VLIEGVERBOD! Je loopt een aanzienlijk hoger risico op DCS wanneer je tijdens het vliegverbod gaat vliegen of naar hoger gelegen gebied gaat. Lees de aanbevelingen van Divers Alert Network (DAN). Geen enkele regel voor vliegen na het duiken geeft je de garantie dat je geen decompressieziekte krijgt!
Het volgende voorbeeld betreft een geen-decompressieduik in de modus Eén gas met Lucht en een Suunto Tank POD.
Pre-dive-scherm:
Je start de duik altijd in het pre-dive-scherm waar je controleert of je een gps-signaal ontvangt, de batterijspanning en de flesdruk (indien gekoppeld met de Suunto Tank POD) toereikend zijn, je duikt met het juiste gas en je de MOD van het actieve gas begrijpt. Als de batterij van de Suunto Tank Pod bijna leeg is of je bent vergeten de fles te wisselen en de flesdruk is te laag, krijg je een waarschuwing op het pre-dive-scherm.
Wanneer je dieper dan 10 meter komt, wordt de veiligheidsstop in het schakelvenster getoond inclusief het plafond op 3 meter. No deco-tijd is > 99 – de maximale tijd die je op deze diepte kunt blijven, is meer dan 99 minuten.
Naarmate je dieper komt, neemt de waarde van de No deco-tijd af. De No deco -tijd wordt altijd in minuten weergegeven.
Als de No deco-tijd 5 minuten is, word je met een geel alarm gewaarschuwd. Wanneer je minder diep gaat zwemmen en de waarde van No deco weer toeneemt, verdwijnt het alarm. Je kunt het geluid van het alarm uitschakelen door op een knop te drukken. Blijf je ondanks het No deco-alarm op grotere diepte, dan kan dit een decompressieverplichting tot gevolg hebben. Maak geen decompressieduiken, tenzij je hiervoor voldoende bent opgeleid.
Je kunt zelf alarmen voor de flesdruk instellen zodat je gewaarschuwd wordt bij het bereiken van een belangrijke limiet, zoals de druk waarbij je wilt omkeren. Indien ingesteld, waarschuwt de Suunto Ocean je bij 100 bar (1450 psi).
Hoe snel je opstijgt, wordt ook aangegeven. Als je sneller gaat dan de aanbevolen maximale 10 meter/min, kleurt de indicatie rood en wordt er zowel een hoorbaar als een trilalarm geactiveerd. Met een druk op een knop bevestig je dat je het alarm hebt opgemerkt.
Wanneer je op een diepte tussen 2,4 en 6 meter komt (7,9 en 20 ft), verschijnt de timer van de veiligheidsstop en wordt de tijd van de stop afgeteld. Zodra de stop is voltooid, krijg je de melding Stop gemaakt.
Het volgende voorbeeld betreft een decompressieduik naar 40 meter in de modus Meerdere gassen met de volgende gasmengsels: NX28 (primair gas), NX99 decompressiegas.
Pre-dive-scherm – met het actieve gas (NX28), ingestelde ppO2 en MOD.
Alarm bij NDL van 5 min.
Je geen-decompressielimiet komt op 0 en decompressie is nodig. De meter wordt oranje en geeft Deco-tijd aan. In het veld van de geen-decompressielimiet staat nu de TTS inclusief decostops en veiligheidsstop. Het plafond staat in het schakelvenster.
Het plafond is 9 meter, dus je kunt naar deze diepte opstijgen, rekening houdend met de maximale opstijgsnelheid. Zodra je de diepte van het plafond nadert en het decompressievenster binnengaat, verschijnen er twee pijlen naast de diepte en wordt in het veld Deco een timer weergegeven die de decostop van 1 minuut aftelt. Als de timer op 0 staat, wordt opnieuw de TTS getoond en is de diepte van het plafond met 3 meter afgenomen – 6 meter.
Gaswissel op 6 meter De decompressietijd wordt altijd berekend in de veronderstelling dat je alle gasmengsels uit de gaslijst gebruikt. Zodra je bent opgestegen naar 6 meter, krijg je een melding voor een gaswissel naar NX99. Na de wissel wordt de informatie van het huidige gas getoond. Als je de gaswissel afwijst, is de decompressie-informatie niet meer nauwkeurig.
De laatste stop. Zodra de decompressietijd is afgelopen, verdwijnt de melding deco en verandert de stop in een veiligheidsstop. In dit voorbeeld is de veiligheidsstop ingesteld op Aangepast, dus het aftellen begint bij 1'30 vanwege de langere tijd op 6 m.
Stijg je op tot boven het venster van de decompressie- of veiligheidsstop, word je gewaarschuwd dat je terug naar de diepte van het venster moet gaan.
Wanneer alle stops zijn gemaakt, verschijnt de melding Stop gemaakt in het schakelvenster en is het veilig om naar de oppervlakte op te stijgen.