U stelt de tijd en datum in tijdens de eerste opstartprocedure van uw horloge. Hierna gebruikt uw horloge gps-tijd om een eventueel verschil te corrigeren.
Als u uw horloge gekoppeld hebt met de Suunto-app, ontvangt het bijgewerkte tijd, datum, tijdzone en zomertijd van mobiele apparaten.
Tik onder Algemeen » Tijd/datum op Automatisch bijwerken van tijd om de functie aan en uit te schakelen.
U kunt de tijd en datum handmatig aanpassen via de instellingen onder Algemeen » Tijd/datum, waar u ook de tijd- en datumnotatie kunt wijzigen.
Naast de gewone tijd kunt u ook dubbele tijd gebruiken om de tijd te zien op een andere locatie, bijvoorbeeld wanneer u reist. Tik onder Algemeen » Tijd/datum op Dubbele tijd om de tijdzone in te stellen door een locatie te selecteren.
Uw horloge heeft een alarm dat één keer kan afgaan of op bepaalde dagen herhaald kan worden. Activeer het alarm in de instellingen onder Alarm » Alarmklok.
Naast de standaard vaste alarmen, is er ook een adaptief alarmtype dat gebaseerd is op gegevens voor zonsopgang en zonsondergang. Zie Zonsopgangs- en zonsondergangsalarmen (ref.).
Om een vaste alarmtijd in te stellen:
Selecteer eerst hoe vaak u het alarm wilt horen. De opties zijn:
Eenmaligalarm gaat één keer af in de volgende 24 uur op het vastgelegde tijdstip; Weekdagenalarm gaat op hetzelfde tijdstip af van maandag tot vrijdag; Dagelijksalarm gaat elke dag van de week af op hetzelfde tijdstip.
Stel het uur en de minuten in en sluit vervolgens de instellingen af.
Als het alarm afgaat, kunt u afwijzen om het alarm te beëindigen, of kunt u de optie sluimeren selecteren. De sluimertijd is 10 minuten en kan tot 10 keer worden herhaald.
Als u het alarm laat afgaan, zal dit na 30 seconden automatisch in sluimerstand gaan.